U bent hier: Home // Geschiedenis // De tocht van vrijdag 10 mei- dinsdag 14 mei 1940

De tocht van vrijdag 10 mei- dinsdag 14 mei 1940

 -door Arnold den Teuling-
Voor de reconstructie van de tocht van Sergeant Den Teuling 10-14 mei 1940 heb ik voornamelijk gebruik gemaakt van  de officiële geschiedschrijving in: De strijd op Nederlands grondgebied tijdens de wereldoorlog II, Hoofddeel III, deel 2, onderdeel E,  De krijgsverrichtingen ten oosten van de IJssellinie Mei 1940, en deel 3, De operatiën van het veldleger en het oostfront van de vesting Holland Mei 1940. Daarin staat wel vrij nauwkeurig de algemene gang van zaken beschreven, maar vanuit de commandanten gezien. De activiteiten van de kleinere groepen zijn slechts beschreven voorzover er zich bijzondere incidenten voordeden, zoals het hieronder vermelde auto-ongeluk bij Heerde.

De eerste brug bij Daarlerveen die is geploft op 10 mei 1940. Eer zouden die dag nog vier volgen.

9de Grensbataljon

Uit de overlevering was bekend dat pappa commandant was geweest van een compagnie van het 9de Grensbataljon en gelegerd was bij de brug over het Overijssels kanaal in Daarlerveen, en verder was bekend dat hij in Raalte was geweest en dat hij in de buurt van Wijhe de gevorderde vrachtwagen had achtergelaten en de IJssel was overgestoken. Ik had voor het opnieuw rijden van deze route op 28 oktober 2006 een naar mijn gevoel logische route uitgestippeld.

10 mei 1940

Op 10 mei 1940 was vermoedelijk om 3.20 uur de Duitse grensoverschrijding, en ergens rond  4.00 uur moet er een commando zijn gegeven om de bruggen op te blazen; dat is slecht doorgekomen, voor zover bekend lieten de meeste groepen van het negende grensbataljon (9 G.B.) de bruggen op eigen initiatief springen.

Na de vernieling van brug 2405 van Daarlerveen ging het westwaarts naar Daarle, waarbij de ongenummerde brug over de Veeneleiding werd opgeblazen en vervolgens richting Hellendoorn, waarbij zijn compagnie (niet die van sgt. Boevink zoals Cornelissen, zie hierna, schrijft) de Schuilenburgbrug over de Regge,  object nummer 2423, heeft vernield. Vervolgens ging de tocht naar Raalte, en vandaar zijn wij op 28 oktober 2006 via Mariënheem naar Raalte gegaan, en vandaar via de Wijheseweg naar Wijhe; ik nam aan dat pappa onderweg brug 2352 en 2353 over o.m. de Nieuwe Wetering had opgeblazen; deze route bleek na raadpleging van het onderstaande boek van Cornelissen niet juist.

De nummers corresponderen met die op de militaire stafkaarten, die in diverse boeken zijn gepubliceerd.

Raalter bruggen

Alleen het opblazen van de eerste drie bruggen, 2405 over het Overijssels Kanaal, een ongenummerde over de Veeneleiding (of Stouwe?) en de Schuilenburgbrug over de Regge, 2423, was voorbereid. Voor de rest moesten de springladingen tijdens de terugtocht worden aangelegd.

Bij Raalte hebben wij twee verkeersbruggen en een spoorbrug gezien. Op de militaire kaart waren er echter maar twee aangegeven, zodat waarschijnlijk de verkeersbrug naast de spoorbaan bij de planning is vergeten. Deze spoorbrug is, hoewel duidelijk zichtbaar en gemakkelijk toegankelijk, namelijk de enige geweest die onbedoeld niet is opgeblazen.

Mijn broer Tom heeft me over de telefoon een stukje voorgelezen uit het vernielingenplan van 10 april 1940. Dit plan is gereproduceerd en behandeld in C.B. Cornelissen, Storm uit het noorden, Oldenzaal 1985, dat vooral de Overijsselse kant betreft. Op grond daarvan kunnen we de rest van de tocht in Overijssel nauwkeurig reconstrueren. Behalve wie welke brug etc. moest vernielen staat er ook vermeld wie waar op wie moet wachten en wie zich waar moet afmelden (alleen de ongenummerde brug over de Veeneleiding wordt daarin niet vermeld; tot de vernieling hiervan is later besloten, vandaar dat hij niet wordt vermeld in de dienstorder van 10 april; op de stafkaart staat hij ook op een verkeerde plaats aangegeven). Daaruit kun je dus de route afleiden. Ik was eerder niet bekend met dat essentiële boek.

Tot Raalte klopte de route die wij die zaterdag gereden hebben helemaal. Het blijkt dat pappa in Raalte de zuidelijke brug heeft gehad, nr. 2430, waar hij bericht moest achterlaten voor degene die deze brug moest opblazen.

Vanaf Raalte is hij naar brug 2490 gegaan over de Nieuwe Wetering, bij Elshof. (Hij is niet over de Wijheseweg richting Wijhe gegaan, omdat brug 2352 over de Nieuwe Wetering hier niet wordt genoemd. De foto’s van de bruggen tussen Raalte en Wijhe blijken dus niet relevant te zijn, want die zijn door anderen opgeblazen).

Bij Elshof is hij over brug 2490 rechtsaf gegaan langs de Nieuwe Wetering, richting Heino. Hij heeft zich bij brug 2484, eveneens over een Wetering, hier Oude Wetering genoemd (= Raalter Wetering?) afgemeld. Deze brug heb ik op de kaart niet met zekerheid kunnen identificeren. Sergeant Postma liet 2490 en 2484 na pappa’s passage springen.

Spoorbrug Heino

Daarna heeft pappa object 2487 laten springen, dit is de spoorbrug bij Heino in de spoorlijn Raalte-Zwolle. Vandaar is hij via Liederholthuis naar de IJssel getrokken, en heeft de brug over de Soestwetering opgeblazen, nr. 2491, nadat alle andere compagnieën waren gepasseerd. De Soestwetering loopt op enkele honderden meters oostelijk van de bandijk van de IJssel. Vervolgens is hij vanuit ten noorden van Wijhe bij Herxen de IJssel overgestoken.  Alle hier genoemde plaatsen staan op de ANWB-kaart, schaal 1:100.000; alleen de Oude Wetering wordt niet genoemd.

Over de IJssel

Het eerste verzamelpunt voor het terugtrekkende 9de grensbataljon was Vorchten aan de overkant van de IJssel.  Daar is men al om 7 uur aangekomen. (De eerste Duitsers waren rond 12.15 in Zwolle). Daarna is men via Veerweg en Kerkweg naar Heerde gegaan, in die weg lag namelijk de enige brug over het Apeldoorns Kanaal die nog niet was opgeblazen.

Op 11 mei om 8.15 is het 9de GB, intussen ingedeeld bij het 43 R.I.,naar Amersfoort vertrokken, en het auto-ongeluk heeft dus kort daarna plaatsgehad. De gevorderde vrachtwagen met een aantal mannen op de open laadbak raakte in een beruchte bocht op de Eperweg met de uitstekende laadbak een boom, waardoor twee mannen op slag dood waren, en enkele anderen gewond.

Tocht over de Veluwe 

De opdracht was oorspronkelijk om via Oldebroek en de Zuiderzeestraatweg te gaan, maar dat is kennelijk veranderd. De route was via Epe en Tongeren naar Nunspeet en vandaar onduidelijk. Mogelijk is: Leuvenum – Staverden -Speuld – Garderen of Elspeet – Garderen. Omdat de troepen vanaf Amersfoort waar ze zich op aangegeven plaatsen buiten de stad moesten verzamelen eerst naar Zeist werden gestuurd, is aannemelijk dat ze via een zuidelijke route vanaf Garderen via Stroe – Barneveld – Achterveld naar Amersfoort zijn gegaan. Ze kwamen vandaar om 19.00 uur in Zeist aan en werden vervolgens naar Amersfoort teruggestuurd. Ze werden gelegerd in de Dumoulinkazerne, aan de weg naar Utrecht. Deze ligt aan de westrand van Amersfoort bij de spoorbaan.

Ingraven bij Soesterberg

Op 12 mei werden ze eerst ingezet voor de verdediging van het “vliegpark Soesterberg”, maar die opdracht werd ingetrokken, tijdstip niet vermeld.

Op 13 mei werd besloten het 43 R.I. aangevuld met de resten van het 9 G.B. in te zetten voor de dekking van de achterhoede, namelijk langs de lijn Odijk – station Driebergen (Het Haagje) – Nieuwe Krakeling (aan de weg naar Woudenberg) – Soesterberg. Volgens de militaire kaart had pappa een positie ten zuiden van de Woudenbergseweg. Zijn verhaal over een kraan op het station doet echter vermoeden dat hij op station Driebergen is geweest, maar het kan zijn dat dat later is geweest. Op blz. 722 staat een verhaal over een verkeerd begrepen oefenalarm, waar we pappa nog eens naar moeten vragen.

Het Einde

Op 14 mei om 4 uur kreeg de bevelhebber, die te Huis ter Heide was, de indruk (de communicatie was verbroken) dat de terugtocht van de Grebbeberg voltooid was en om 5 uur gaf hij opdracht om terug te trekken. 43 R.I. moest via Woerden naar Zegveld, maar werd ingehaald door de capitulatie.

Copyright © 2012-2024 De Vier Pennen.
Contact De Vier Pennen.